Afdrukken

De oorlogsschriftjes

Na aangifte van een van zijn soldaten, voor de omverwerpende uitingen die hij zou geven, woont Gustave Groleau de inbeslagname van zijn oorlogsschriftjes bij. Wat hij achteraf met woede en teleurstellingbeschrijft.

Woensdag 12 april 1916

… Ik had nauwelijks appel geblazen of luitenant d’Yve riep me op. … hij was vergezeld van sergeant-majoor Jérôme en van sergeant Tessiau. De luitenant vroeg me waar ik sliep en verzocht mij hem er te brengen; dit leek me verdacht ... We klommen in de schuur waar we slapen en ik duidde hen mijn plaats aan. De luitenant beviel me dan mijn tenue aan te trekken en alles wat mij toebehoorde te nemen. Hij vroeg me dan of ik niets achterliet, waarna hij het stro liet uitkammen door de sergeant. Ik was voor hen en moest dan naar beneden en men bracht mij naar het bureau, waar de commandant me opwachtte. In de zaal binnengeleid, … meldde de commandant me dat ik onder beschuldiging stond en dat men mij ging fouilleren en daarna verhoren. Ik liet hen zeggen en doen. Ik moest mijn zak leegmaken en alles werd nagekeken. Ik moest daarna mijn correspondentie afgeven. Als de commandant me vroeg of ik niets anders persoonlijks had, nota’s of brieven, gaf ik hen mijn campagnedagboek… De commandant … neemt de vrijheid mijn campagnedagboek te lezen, zware fout van zijnentwege. Wie laatst lacht, best lacht! Af en toe antwoord ik en geef hen de inlichtingen die ze vragen. …. Steeds laat ik hen doen, maar hou hen tersluiks in het oog. Mij komen arresteren als de gemeenste bandiet voor een hele compagnie, me fouilleren en beslag leggen op mijn persoonlijke zaken, vooral mijn campagnedagboek! Dit vergeef ik hen niet. Op grond van welk mandaat hebben ze zo gehandeld? Hebben ze een bevel van het militair auditoraat? Ik zal het weten, want ik zal het hen vragen en ze moeten het me zeggen. Men heeft helemaal niet het recht om mijn campagnedagboek in beslag te nemen. Het is iets onaantastbaar. Nadat alles was onderzocht, begon het verhoor. Ik was verstomd en gekrenkt. Ziehier, wat mij wordt verweten. Ik zou, naar het schijnt, antimilitaristische, anarchistische en antipatriottische stellingen hebben ingenomen. Ik zou ook officieren hebben uitgescholden en zou openlijk over het leger hebben geklaagd. Bovendien zou ik een onderscheid maken tussen de Walen en de Vlamingen en zou ik deze laatste zeer vaak uitschelden. Ik hou zeker niet van hen, maar in dienst is het voor iedereen hetzelfde. Ik verdedig mij dus met energie en stel met bitterheid vast dat mijn commandant en de luitenant fout zijn. Wat de antipatriottische standpunten betreft, dit is een grote leugen, want waarom zou ik in dienst getreden zijn? Ik hou niet van het leger, maar verdraag het want het is oorlog. Trouwens, ik heb in het leger de grootste onrechtvaardigheid gezien. Niets gaat zoals het zou moeten en ik zou willen dat iedereen er onpartijdig behandeld wordt. Mijn officieren hebben nog het lef me te vragen waarover ik te klagen heb in het leger. Wat de scheldwoorden tegen de officieren betreft heb ik gezegd dat de meeste kartonofficieren waren en ik blijf bij mijn woorden. Ze bestaan enkel om u toe te snauwen, maar als het erop aankomt te tonen dat ze er zijn, bestaan ze niet meer. De meeste zijn bang van de oorlog. En wij moeten onder het bevel van zulke mannen marcheren. Ik heb alleen de waarheid gezegd en verwijt me niets. Mijn zogenaamde propaganda was slechts een gewone discussie … Om 19 u 30, kwam een einde aan mijn verhoor en ik mocht naar de schuur terug. Meesterwerk van schijnheiligheid en oneerlijkheid! Na mijn vertrek uit het bureau, om 19 u 15 bracht ik mijn tas in orde en bereidde mijn ligplaats. Ik vraag me af hoe die zaak zal aflopen. Bah! Het kan me niet schelen. Ik heb mij niets te verwijten en heb de waarheid gezegd. Dat ze me degraderen, ik zal mijn recht opeisen. Om 20 u 30, ging ik liggen en sliep snel in, tevreden over mijn dag.

Vrijdag 1ste februari 1918

Nog een dag van grote uitputting! … Het bataljon wordt op de weg verzameld. De majoor komt niet; hij wordt vervangen door commandant Rihoux, een geduchte smeerlap. Tussen 9 u en 11 u laat hij ons genadeloos ronddraaien, zonder één minuut rust! Schurk! Wie zal de moed hebben hem een kogel door het vel te schieten. Iedereen haat hem. Hij is zo smerig en brutaal, die man die bang is van kogels. Hij valt iedereen lastig en is doodsbang van de Duitser. Bruut, bandiet! Dat hij op zijn hoede blijft! …

Het Koninklijk Museum van Mariemont is open van dinsdag tot en met zondag en feestmaandagen, van 10u tot 18u. 

 

Telefoon : + 32 (0)64 21 21 93

 

E-mail : info(at)musee-mariemont.be

 

Het Park van Mariemont is open van 8u tot 18u.

 

La Terrasse de Mariemont (restaurant) is binnen en buiten geopend, mits reservering (+32 (0)64 27 37 63).

 

De bibliotheek : open mits reservering (+32 (0)64 27 37 78).

 

Dank u voor uw begrip !

En tot binnenkort !